Hong Kong van dichtbij (28 maart 2019)

De nacht was door een hoop gehoest van Martijn wat onrustig: blijkbaar hadden we nog een hoestdrankje moeten toevoegen aan de boodschappen van gisteravond. Dat gaan we vandaag rechtzetten. Voor nu gaan we na een lekkere douche op zoek naar cafeïne en ontbijt bij ‘Nr 1 Coffee & Co’. En hoewel ze misschien niet helemaal nummer 1 zijn (de koffie is uitstekend maar Karin’s ontbijt gaat in eerste instantie niet goed), is het een uitstekende keuze. We doen rustig aan en als we echt wakker zijn vervolgen we onze weg naar het zuiden.
Waar we aanvankelijk over de beroemde Nathan Road liepen (ons hotel zit in een parallel-straat van deze drukke en eerlijk gezegd niet zo bijster interessante straat) kiezen we nu voor wat achteraf-straten. Die brengen ons naar een roltrap en die brengt ons naar een Chinese / Hong Kong versie van de Wall of Fame. Beroemde namen en hand-afdrukken op stokjes in een soort ‘parkje-op-hoogte’. En als we aan de andere kant de weg oversteken en afdalen naar de boulevard zien we de handafdrukken ook in de leuning van de gloednieuwe (gerestaureerde) boulevard. Maar eerlijk gezegd zijn we vooral afgeleid door de skyline van Hong Kong Island aan de overkant van het water.
Wauw. We wandelen over de boulevard in een voorzichtig zonnetje, een lekker windje en een graadje of 23. We fotograferen het uitzicht, het beeld van Bruce Lee (met Martijn ‘Lee’ er vóór in de beroemde ‘wiebelende sprinkhaan’ – een legendarisch Kung Fu houding als we Martijn mogen geloven… ;-), meer uitzicht… en tussen de glimmende moderne gebouwen en boten een oud, pruttelend vuilnisbootje. Dit soort tegenstrijdigheden zullen we vandaag vaker zien. Voor nu kijken we het bootje na. De man aan boord heeft een traditionele rieten hoed op. Een stukje geschiedenis tussen de schone schijn.
We pakken nog een stukje geschiedenis: een ferry naar de overkant. Het schijnt een soort must see te zijn. Daar is de pruttelende oversteek in de vierde generatie ferry die deze oversteek maakt een beetje te kort voor wat ons betreft. Prettig is het wel, even rustig op het water. En aan de andere kant het wandelpad op, op hoogte, zodat we geen last hebben van de chaos van het verkeer. En niet ‘even’: nee, we lopen bijna 600 meter op hoogte, dalen dan af, steken twee straten over en gaan van de ‘travelator’ uitproberen. Dit geheel van roltrappen en wandelpaden klimt in totaal 800 meter de berg op. Het vormt een onderdeel van het woon-werk verkeer en scheelt een hoop geklauter! we kijken met enige terughoudendheid naar de afdaling (die moet gewoon te voet) en als we een heel stuk hebben gehad, stappen we af. Tijd voor koffie en als we die hebben gevonden, gaan we aan de wandel.
Via Graham Street, waar een groente- en fruitmarkt wordt gehouden en we groentesoort zien die we niet kunnen benoemen. Naar de Man Mo Tempel, de oudste tempel van Hong Kong. Binnenin zien we allerlei mensen naar binnen ‘rennen’, snel wat wierook offeren, een gebedje afvuren en weer wegrennen. Huisvrouwen, zakenmannen, studenten, toeristen… De enorme hoeveelheid wierook-spiralen maken dat de tempel van verre al te zien (rook) en ruiken is. Martijn blijft gezien zijn verkoudheid buiten, maar ook Karin geeft zich redelijk snel gewonnen. Het is tijd voor lunch.
Het Man Mo Café is klein en ziet er geweldig uit. Het zit op een klein zijstraatje en wordt gerund door chefs die hebben gewerkt bij tenten als Din Tai Fung. Ze proberen Dim Sum verder te ontwikkelen. En zo kan het dat we zwarte dumplings met eend, kleine witte dumplings met garnalen en kleine witte dumplings met brie en truffel eten! En eerlijk is eerlijk: het is verrassend lekker! Ok, die met kaas is zo machtig dat we er aan elk één genoeg hebben en we blijven het meest fan van traditionele dumplings, maar wauw, het is wel lekker. En lef hebben ze wat ons betreft, om dit uit te proberen.
Als we uitgegeten zijn dwalen we door de kleine straatjes. Kraampjes vol offergaven, replica’s van oude foto’s en posters van Hong Kong en Mao, oude munten. Of niet zo oud: dit deel van Hong Kong heeft veel antiek, maar nog veel meer nep. We amuseren ons met alles bekijken, maar Karin gaat alleen voor de bijl voor een heel kleine sleutelhanger met een jade konijntje, haar Chinese dierenriem-teken. We dwalen verder en de uren daarna gaan voorbij met (window)shoppen. Er is genoeg te zien en met de hulp van de Lonely Planet kiezen we steeds een volgende bestemming uit (een winkel met de naam G.O.D. bijvoorbeeld: Goods of Desire). Op die manier lopen we steeds ergens ‘heen’ en zorgen we voor steeds nieuwe straatjes om te bekijken.
Uiteindelijk zijn we redelijk versleten en wandelen we naar de ferry. Aan de overkant pakken we een metro en gaan een uurtje of twee plat in het hotel. Even bijkomen in de stilte van alle indrukken: visueel, maar zeker ook auditief! Maar hoewel we redelijk moe zijn en Martijn niet bijster veel energie heeft met zijn snotneus, komt hij met het voorstel om er toch nog een keer uit te gaan. Met de bus terug naar het zuidelijke deel van Kowloon (het vasteland van Hong Kong) en dan eten bij… Din Tai Fung.
Karin staat al bijna buiten voor hij uitgepraat is. Lekker! En dat is het ook. De tent waar we terecht komen is enorm en als we binnenlopen is er zomaar ineens, zonder wachttijd, plek. Dat duurt niet lang: als we 15 minuten zitten is de hele zaak al bijna volgelopen! We zijn tevreden met onze timing en nog veel meer met het heerlijke eten dat we voorgezet krijgen. De koks van Din Tai Fung zijn toch de meester van dunne, sappige en mooie dumplings. Martijn ontleedt een deel van zijn eten en Karin moedigt hem aan: thuis meteen uitproberen?!
Na het eten kijken we elkaar aan. Zullen we dan nu ook maar meteen van de ‘Symphony of Light’ show gaan genieten. Deze licht en muziek show is te bekijken vanaf de boulevard waar we eerder waren en wordt elke avond rond 8 uur uitgevoerd. Het zou 20 minuten moeten duren en de hele skyline schijnt er aan mee te doen. We weten niet helemaal zeker wat we er van vinden (schitterend idee? milieubelasting? allebei?), maar we besluiten eerst maar eens te gaan kijken. We zijn niet de enigen!
In een enorme drom mensen vinden we zowaar nog een plekje bij de railing. De skyline is in het donker zo mogelijk nog indrukwekkender dan overdag. Over the top? Ja, nu zeker. Maar ook mooi, daar is niks aan af te doen. En na 20 minuutjes wachten begint de ‘show’. En na 10 minuten is het klaar… en zijn we eerlijk gezegd enorm teleurgesteld! We moeten er wel een beetje om lachen: zijn wij nou zulke snobs geworden dat we niks meer indrukwekkend vinden? Dat denken we toch niet, maar dit viel ons echt tegen. De helft van de beloofde ‘duur’, nauwelijks lichteffecten (de beste zaten achter ons), de muziek die een beetje kabbelde en niet opbouwde naar een grote finale ofzo. Nee, dit viel tegen. Dat gezegd hebbende: als iedereen weg loopt blijven we staan kijken. En zo, zonder al het ‘gedoe’ is het een indrukwekkend gezicht.
We blijven met een kop koffie nog een minuut of 20 staan kijken. En dan gaan we terug naar ons hotel. Waar het heerlijk stil en donker is. Tijd voor een tukje.